Werknemer is sinds 2010 in dienst bij werkgever. Werkgever is een exploitant van een vliegtuigonderhoudsbedrijf. In 2012 heeft werkgever aan alle werknemers een e-mail gestuurd over dat er een ‘zero tolerance-beleid’ geldt. Er mag niet worden gevraagd om eten of drinken van/bij de klant. Ook mag dit niet worden aangenomen. In 2017 is dit middels een memo nogmaals bij werknemers onder de aandacht gebracht.
In augustus 2020 is werknemer aangesproken op zijn gedrag. Via videobeelden zou te zien zijn dat werknemer een pakje drinken heeft leeggedronken tijdens het verrichten van werkzaamheden in een vliegtuig. Werknemer heeft toen verklaard dat het die dag enorm warm was en het daarom zou kunnen dat hij heeft gedronken, maar dit weet hij niet zeker meer. Toch wordt werknemer die dag op staande voet ontslagen wegens het drinken van een pakje drinken dat bestemd was voor passagiers van het vliegtuig.
Verzoek
Werknemer is het niet eens met het ontslag op staande voet en vraagt om vernietiging van het ontslag. Ook wordt verzocht dat werkgever wordt veroordeeld tot het doorbetalen van loon. Indien de arbeidsovereenkomst wordt ontbonden, verzoekt werknemer een transitievergoeding en een billijke vergoeding. Werkgever besluit een voorwaardelijk tegenverzoek in te dienen. Het gaat om een ontbindingsverzoek (primair op de e-grond, subsidiair op de g-grond en meer subsidiair op de i-grond).
Oordeel kantonrechter
Het staat vast dat werknemer een pakje drinken in het vliegtuig heeft gepakt en heeft opgedronken. Dat het pakje niet meer geseald was en zou worden weggegooid, speelt geen rol. Gelet op persoonlijke omstandigheden had werkgever in deze situatie ook met een minder verstrekkend middel kunnen reageren. Het ontslag op staande voet is volgens de kantonrechter niet rechtsgeldig. De werkgever had wel een ‘zero tolerance-beleid’ opgesteld, maar deze was onvoldoende duidelijk kenbaar en onvoldoende consequent toegepast. Als het personeel samenkomt met het personeel van de klant mag wel een drankje worden aangenomen als dit wordt aangeboden. Dit zorgt voor onduidelijkheid.
Er is niet frequent en niet duidelijk gecommuniceerd over de gevolgen van het overtreden van het beleid. Meer dan 8 jaar geleden zijn op de mogelijke gevolgen gewezen. Ook zijn geen andere waarschuwingen gegeven.
Wel wordt het voorwaardelijke ontbindingsverzoek op de i-grond toegewezen. Het verwijtbaar handelen en de verstoorde arbeidsverhouding kunnen op zichzelf geen grond vormen, maar wel in combinatie. Er wordt een cumulatievergoeding van 25% aan werknemer toegekend. Werknemer zal 1,25 maal het bedrag van de transitievergoeding krijgen. Omdat het ontslag op staande voet is vernietigd, bestaat over die periode tot aan de ontbinding recht op loon. De kantonrechter ziet geen reden om een billijke vergoeding toe te kennen, nu werkgever haar verplichting niet grovelijk heeft geschonden.
Klik hier voor de volledige uitspraak.
Silver Advocaten
Heeft u een vraag over ontslag op staande voet of een andere arbeidsrechtelijke vraag? Neem dan vrijblijvend contact met ons op.
Wij staan voor u klaar
- Wij laten niet los
- 10+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant