Agressie en geweld leidt niet altijd tot rechtsgeldig ontslag op staande voet

Op 1 juli 2019 is werkneemster bij werkgever in dienst getreden op basis van een overeenkomst voor bepaalde tijd. Zij was werkzaam in de functie van Food co-worker. De overeenkomst is meermaals voortgezet. In mei 2020 wordt overeengekomen dat een vast dienstverband volgt.

In juni 2020 is werkneemster met een collega aan het werk in de bistro. Op enig moment vindt een woordenwisseling plaats. Deze woordenwisseling is geëindigd in een handgemeen. De vechtpartij is door andere collega’s beëindigd. De werkneemster is de andere dag op non-actief gesteld. Werkgever heeft ook met andere betrokkenen gesproken over het voorval. Werkgever heeft daarna werkneemster op staande voet ontslagen. Werkneemster is het niet eens met het ontslag op staande voet en verzoekt de rechter het ontslag te vernietigen.

Oordeel kantonrechter

Het gedrag is aan te merken als onacceptabel. De wetgever heeft immers in artikel 7:678 lid 2 sub e BW opgenomen dat sprake kan zijn van een dringende reden als sprake is van mishandeling van medewerknemers. Ook had de werkgever in een code vastgelegd dat zij verlangt dat werknemers op respectvolle wijze met elkaar omgaan. Mondeling heeft werkgever aangevoerd dat het tegengaan van geweld op de werkvloer essentieel is en dat de andere collega ook op staande voet is ontslagen.

Werkneemster heeft aangevoerd dat haar geen verwijt kan worden gemaakt. Werkneemster stelt zich op het standpunt dat zij uit zelfverdediging heeft gehandeld. Dit is echter onvoldoende onderbouwd volgens de kantonrechter. Niet is gebleken dat werkneemster afstand heeft genomen van de situatie. Werkneemster heeft daarnaast ook de eerste duw gegeven. Niet is gebleken dat er geen andere uitweg was. De andere collega heeft verwondingen: een blauw oog, blauwe plekken, sneeën en krassen. Hieruit moet volgens de kantonrechter worden opgemaakt dat geen sprake was van zelfverdediging.

Volgens de kantonrechter is niet gebleken dat werkneemster een poging heeft gedaan om de vechtpartij te voorkomen of zich eraan te onttrekken. De vechtpartij is pas aan een einde gekomen toen andere collega’s kwamen ingrijpen. Werkneemster heeft dus actief deelgenomen aan de vechtpartij.

De werkgever heeft ook een deugdelijk onderzoek gedaan naar het voorval. Er is immers met alle betrokkenen gesproken, er zijn gespreksverslagen gemaakt en deze verslagen zijn ter controle aan betrokkenen voorgelegd. In die gesprekken is ingegaan op het ontstaan van de vechtpartij. Hieruit is gebleken dat werkneemster een vechtpartij had kunnen vermijden of zich had kunnen onttrekken. Ook staan de persoonlijke omstandigheden van werkneemster niet in de weg om een dringende reden aan te nemen, gezien de duur en omvang van het dienstverband. De kantonrechter acht het gegeven ontslag op staande voet rechtsgeldig.

Klik hier voor de volledige uitspraak.

Silver Advocaten

Heeft u een vraag over ontslag op staande voet of een andere arbeidsrechtelijke vraag? Neem dan vrijblijvend contact met ons op.

Wij staan voor u klaar

  • Wij laten niet los
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Stel ons uw vraag Laat ons u bellen